Skip to main content

Vetten hebben doorheen de jaren een negatieve connotatie gekregen. Je krijgt voortdurend te horen om zo weinig mogelijk vetten te eten. Het is hierbij wel belangrijk om een duidelijk verschil te maken tussen verzadigde- en onverzadigde vetten. 

Verzadigde vetten zijn de vetten die je inderdaad best zo veel mogelijk vermijdt. Onverzadigde vetten daarentegen, zijn onmisbaar voor een goede gezondheid.

Hoe dan ook ga je in veel voeding beide vetten terugvinden. Hierdoor spreken we pas van een gunstige vetsamenstelling, als de verhouding ⅔ onverzadigde vetten is.

Verschil tussen verzadigde en onverzadigde vetten

Wat zijn verzadigde vetten?

Verzadigde vetten vind je voornamelijk terug in dierlijke producten. Denk bijvoorbeeld aan vlees, kaas en roomboter. De voornaamste reden waarom je niet te veel verzadigde vetten mag eten, is omdat het je cholesterolgehalte verhoogt. Dit doet op zijn beurt het risico op hart- en vaatziekten toenemen. 

Verzadigde vetten zijn niet alleen terug te vinden in dierlijke producten. Ook heel wat plantaardige producten bevatten verzadigde vetten. Denk bijvoorbeeld aan kokosolie, palmolie en cacao. 

Tot slot onderscheiden we nog een derde groep verzadigde vetten. Dit zijn de plantaardige vetten die worden bewerkt door middel van een chemisch proces. Die verzadigde vetten zijn voornamelijk terug te vinden in koekjes, margarine en snacks.

Hoeveel verzadigd vet mag je maximaal opnemen?

Algemeen wordt aangeraden om niet meer dan 10-15% van je dagelijkse hoeveelheid calorieën afkomstig te laten zijn van verzadigde vetten. 

Met andere woorden, als je als vrouw 2.000 calorieën per dag opneemt, mag je niet meer dan 22 à 25 gram verzadigd vet opnemen per dag. Voor mannen ligt die hoeveelheid een klein beetje hoger. 

Het is zo dat in alle voeding met vetten zowel verzadigde als onverzadigde vetten zitten. Het is dus belangrijk om goed te kijken op het etiket naar de exacte hoeveelheid verzadigde vetten.

Wat zijn onverzadigde vetten?

Onverzadigde vetten staan lijnrecht tegenover verzadigde vetten. Onverzadigde vetten hebben we nodig om ons cholesterolgehalte te verminderen. Met andere woorden, ze beperken de kans op hart- en vaatziekten.

Mono-onverzadigde vetten

Mono-onverzadigde vetten zijn de vetten die we terugvinden in olijven, olijfolie, pinda’s en het merendeel van de noten. Zeker olijfolie is erg gezond. Het bevat een goede portie onverzadigde vetten, waardoor het de kans op hart- en vaatziekten vermindert.

We spreken van mono-onverzadigde vetten omdat ze enkel het omega 9 vetzuur bevatten.

Poly-onverzadigde vetten

Poly-onverzadigde vetten bevatten de essentiële omega 6- en omega 3 vetzuren. Deze vinden we voornamelijk terug in oliën. Denk bijvoorbeeld aan zonnebloem-, maïs- en druivenpitolie.

Wat zijn transvetten?

Transvetten is het derde type vetten dat we onderscheiden. Dit klinkt waarschijnlijk minder bekend in de oren. Wat niet onlogisch is, aangezien de hoeveelheid transvetten die we opnemen erg laag ligt tegenover verzadigde- en onverzadigde vetten. 

Wat goed is, want transvetten worden ook gezien als slechte vetten. Net zoals verzadigde vetten verhogen ze het cholesterolgehalte in je lichaam. 

Transvetten zijn ook terug te vinden in dierlijke en industriële producten. Je eet het praktisch dagelijks, maar je hoeft je geen zorgen te maken dat je te veel transvetten opneemt. De hoeveelheden zijn zelfs zo laag dat het niet verplicht op het etiket moet staan.

Conclusie

Het opnemen van slechte vetten is onvermijdelijk. Het zit in alles wat we eten. Het enige waar je op kan letten is dat de verhouding tussen verzadigde- en onverzadigde vetten voldoende is uitgebalanceerd naar de gezonde kant.

Wil jij graag voorgoed afscheid nemen van je overtollige kilo’s?

Stuur me een berichtje